Kalksteen, 3 m x 50 m, 1967
Zoals tal van andere werken in het Openluchtmuseum werd deze opstelling van bij het begin expliciet geïntegreerd; het is zelfs één van de oudste installaties. De haast cyclopische muur brengt ons de Griekse wereld als “smeltkroes van onze beschaving” in herinnering. Bovendien verwijzen de kalkstenen en de titel van de installatie naar hun oorspronkelijke en geografische bakermat: het viséentijdperk (het viseaan, tijdens het carboon van 346,7 tot 330,9 Ma.).
Het Openluchtmuseum Sart-Tilman krijgt hier op eigenzinnige wijze de functie van conservator van de Waalse steengroeves toebedeeld. De indrukwekkende kracht waarmee de muur van Pierre Culot zijn ondersteunende functie uitvoert, is deels geveinsd. Zijn zacht glooiend profiel en de stenen brokstukken uit de lokale geologische lagen roepen bij de toeschouwer schematische structuren op. Verwijzen zij niet – zoals het hoort aan een universiteit – naar de kern van ons ontstaan, zowel in tijd als ruimte, naar het fundament van onze kennis, naar de basis van ons inzicht?
Te midden van de modernistische universiteitsgebouwen toont de muur zich schijnbaar eeuwenoud. Doch in al zijn waardigheid biedt hij bewust een plek aan nieuwe tendensen.