Pierre Alechinsky, Brussel, 1927
Na zijn opleiding in de toegepaste grafische kunsten, (boek)illustratie en typografie aan de Ecole nationale supérieure des Arts visuels (La Cambre, Brussel) werd Alechinsky al snel één van de belangrijkste spelers in het Belgische artistieke veld. Als schilder nam hij deel aan de groep Jonge Belgische Schilderkunst en richtte hij samen met Olivier Strebelle de Ateliers du Marais (1949) op. Het werd een experimentele ontmoetingsplek voor o.a. Serge Vandercam, Jean Raine, Luc de Heusch.
In hetzelfde jaar kwam hij in contact met Christian Dotremont en raakte hij betrokken bij de CoBrA-beweging, waarvan hij vandaag de dag nog steeds de belangrijkste spirituele erfgenaam is: getuigen daarvan zijn zijn technische spontaniteit, de vrije benadering van het figuratieve en het abstracte, de toepassing van populaire kunstvormen …
In 1951 vertrok Alechinsky naar Parijs om er bij Stanley William Hayter in het ‘Atelier 17’ graveerkunst en druktechnieken te beoefenen. Wat later maakte hij zich nog wegwijs in de Japanse kalligrafie waaraan hij in 1952 een film wijdde. Hij was als humoristisch schrijver ook nauw betrokken bij het surrealistische en cassante blad Daily Bul (La Louvière). Verder werkte hij samen met tal van kunstenaars, onder meer met Walasse Ting, Karel Appel en Christian Dotremont. Samen met deze laatste tekende hij in 1976 de zeven panelen Sept Ecritures voor de Brusselse metrostation Anneessens (nu verhuisd naar Delta). Alechinsky woont en werkt in Bougival (FR) en New York.
Van 1 april tot 1 augustus 2021 loopt in het Museum voor Schone Kunsten in Brussel Carta Canta: een overzicht van meer dan 200 tekeningen, aquarellen, etsen, litho’s en schilderijen als eerbetoon aan één van de grootste levende Belgische kunstenaars.