Gelakt aluminium
140 x 240 x 590 cm
1976
Tijdens festiviteiten in het kader van een beeldenparcours in openlucht verschenen er in Jambes (nabij Namen) in de lente van 1976 drie fel gekleurde aluminium structuren. Ze leken als onderdelen van een gigantische meccano bouwdoos achtergelaten aan de oevers van de Maas op de Plage d’Amée.
In de herfst van datzelfde jaar opende de Universiteit van Luik zijn Openluchtmuseum Sart Tilman met de tentoonstelling «Artistes d’aujourd’hui». In overleg met Claude Strebelle, de architect-coördinator van het universitaire domein, werd hetzelfde kunstwerk diagonaal ingeplant aan de voet van de opmerkelijke glazen gaanderij die de grote aula’s verbindt met het studentenrestaurant. De horizontale modules lijken deel uit te maken van een vernuftige en originele keerwand.
In een minimalistische benadering combineert Francis Vaes strikte geometrische vormen – variaties op de kubus en de balk – met een expressief kleurgebruik. Na zijn opleiding bij Jo Delahaut transformeert hij koude gepolijste aluminium constructies in chromatische volumes van een zeldzame intensiteit. Hij laat contrasterende elementen harmonieus samenvallen: de glooiing van de groene helling en de lange verbindingsgalerij in hout en glas van Claude Strebelle versus de geblokte kleurrijke vormen in aluminium met een zwarte module in het midden als katalysator. Hoewel elk van de delen een op zich staand element zou kunnen zijn, verkrijgt het geheel door zijn specifieke inplanting in de open ruimte een volwaardige plastische autonomie. Een metamorfose van vormen, kleuren en materialen …
In 1977 was dit werk absoluut vernieuwend en was het een product van de tijdsgeest. Het werd Vaes’ inzending voor de Grand Prix de Rome voor beeldhouwkunst, die hij dat jaar won.