allShapeCombined Shape CopyCombined ShapePage 1Group 11GroupPage 1ShapeFill 5Page-1Group 26linkedinPage 1 Copy 2ShapeShapeShapeplayFichier 1Fill 3

Monumentale compositie

Acryl op asbest
h x l x b: 290 x 487 x 6 cm
1977
Collectie van de Fédération Wallonie-Bruxelles

In 1976 ontvangt Léon Wuidar een opdracht voor het domein Sart-Tilman. Het jaar erop beslist hij om een reliëfsculptuur aan te brengen op het studentenrestaurant dat door de Brusselse architect André Jacqmain ontworpen werd. Het gebouw had hem « overtuigd door zijn zware en strenge uiterlijk, juist de reden waarom anderen het verwierpen », aldus de kunstenaar.

Hij kiest ervoor om het werk boven een van de ingangen van het restaurant te plaatsen; de twee kleine asymmetrische raampjes, die de gevel ritmeren, bedekt hij met witte panelen (ondertussen verdwenen).

De Monumentale Compositie benadrukt het vormenspel waarvan Wuidar zelf de regels bepaalt: «het eerste motief linksboven werd symmetrisch ontworpen, zoals de meeste ontwerpen uit deze periode. Om het met de rest te verbinden, heb ik onderaan een even symmetrische compositie gebruikt waarvan de assen van bepaalde vormen overeenkwamen met de verlenging van verticale lijnen van sommige vormen van het bovenste deel. De rest van de compositie vloeit automatisch voort uit ditzelfde principe.» De concrete uitvoering van zijn concept is eenvoudig: platen van asbest worden in de fabriek uitgesneden en in het beton geschroefd nadat de discrete lijnmotieven met rode en blauwe acryl aangebracht zijn.

Het geheel straalt rust en evenwicht uit. Tegelijkertijd alludeert het aan de constructie van het gebouw. «Door zijn veelzijdige blokvorm lijkt het gebouw (zeker binnenin, n.v.d.v.) op een doolhof, maar zijn plattegrond toont een heel eenvoudige constructie die opgebouwd is rond verschillende symmetrieassen», aldus Léon Wuidar. Zo zien we een aantal expliciete gelijkenissen tussen het gebouw en het bas-reliëf: de herhaling van de elementen, een labyrintische lezing, de formele eenvoud en de multiaxialiteit van de componenten. Het zijn allemaal kruisbestuivingen tussen architectuur en beeldhouwkunst.

Léon Wuidar

Liège, 1938

Léon Wuidar a, au cours de sa carrière, témoigné le plus vif intérêt pour les problèmes de la relation entre les arts plastiques et l’architecture. Son style géométrique et précis appelle déjà un rapprochement avec l’art de bâtir.

Dès la fin des années 1970, il réalise de nombreuses intégrations artistiques particulièrement en association avec l’architecte Charles Vandenhove (Hôtel Lievens Torrentius à Liège, Centre Hospitalier Universitaire du Sart-Tilman, Home pour enfants à Esneux) mais aussi avec Roger Bastin (Arsenal de Namur) ou Herbert Pfeiffer (restaurant du centre de formation du personnel des télécommunications de la RFA à Darmstadt).

Léon Wuidar est membre de la Classe des Beaux-Arts de l’Académie Royale de Belgique